Als Durkje of André ’s ochtend de stal binnenkomen, staan de koeien al te kwispelen. Twaalf dames zijn het, met mooie namen in plaats van saaie nummers. De meesten zijn vernoemd naar familie, vrienden en bekenden. En zoals Durkje en André hun dames kennen, kennen de dames Durkje en André. Vivian, Hinke, Foekje, Gerda, Hiltsje. Hotske, Willemijn, Bourfamke, Jobje, Miss Jersey en Aukje zijn geen opgefokte melkmachines die tot uitputtende productie worden gedreven. Want zo ga je niet met dames om! Nee, met aandacht melken, een knuffel op zijn tijd en gewoon een beetje lief zijn voor elkaar. Da’s de manier. Van de melk die de ladies geven, maakt Durkje samen met haar mem Trientsje gewoon he-le-maal zélf de allerlekkerste yoghurt van Nederland. Kannie anders. En zo komt het dus dat de melk die ’s ochtends om vijf uur nog ín Vivian en de elf anderen zat, ’s avonds als yoghurt in emmers van tien liters klaarstaat om door Henk hé te worden afgehaald, zodat hij er de volgende dag kakelverse Ruperts van kan bakken. Buurvrouw Durkje’s yoghurt vormt het hoofdbestanddeel van élke Rupert die we in de vriezer klappen. Word je toch gewoon stil van?! Diepe buiging voor Durkje, André, Trientsje en de dames…